Pestoflapjes

Onlangs had ik een pakje brickdeeg gekocht met de bedoeling er zelf groenteloempia's mee te maken. Dat is er uiteindelijk niet van gekomen. Het werd in plaats daarvan een zuiders hapje dat heel snel klaar is. Deze samosastijl pestoflapjes zijn misschien een leuke feesttip voor oudejaar? Heb je trouwens nog gegrilde courgetteplakjes over, dan moet je deze zeker eens uitproberen als boterhambeleg, met wat verse kaas en eventueel wat pesto.

Dit heb je nodig voor 8 kleine of 4 grote flapjes:

• 4 ronde vellen brickdeeg 
• 1 kleine courgette
• 1 bol mozzarella, in plakjes van een kleine cm
• 4 eetlepels rode pesto
• Olijfolie
• Peper & zout van de molen

Zo maak je de flapjes:

Was de courgette en verwijder de steel. Snijd in plakjes van een kleine cm dik. Dep deze goed droog met keukenpapier. Zet dan een (grill-)pan op het vuur met een flinke scheut olijfolie op een hoog vuur. Bak hierin de courgetteschijven enkele minuten langs beide kanten. Laat ze eventueel wat uitlekken op keukenpapier en kruid met peper & zout van de molen. Je zal de courgette waarschijnlijk in 2 à 3 keer moeten grillen, tenzij je een reuzepan (of een minicourgette) gebruikt. Doe na elke portie courgette opnieuw voldoende olijfolie in de pan alvorens je verder grillt. Dit werkje kan je trouwens gemakkelijk op voorhand doen.

Verwarm dan de oven voor op 180° C. Snijd de brickvellen in 2 als je gaat voor kleine hapjes. Wil je grotere flapjes, al voorgerechtje bijvoorbeeld, dan kan je ze loempiagewijs oprollen, zie onderaan bij de tip! Leg de vulling als volgt op de brickvellen: plakje courgette, plakje mozzarella, 1/2 eetlepel pesto, plakje courgette. Vouw dan het vel dicht in een driehoek zoals hieronder gedemonstreerd! Deze techniek staat ook uitgelegd op de verpakking van het brickdeeg dat ik gebruikte, van bij Colruyt in de koelruimte.

Leg alle flapjes op een bakplaat met bakpapier en bak ze gedurende ongeveer 7 minuten goudbruin in de oven. De mozzarella is dan mooi gesmolten, heerlijk is dat! Een sausje hoefde er voor mij niet bij, maar bij dit courgettesausje zou het misschien wel passen.

Tip: geen fan van courgette, zoals de V.V. bijvoorbeeld, dan kan het ook met tomaat (roma) en eventueel wat verse basilicum, caprese style, of met tomatensaus als er geen lekkere tomaten meer te koop zijn.

Bananenmuffins

Als we dan toch even in de zoetigheid zitten, gaan we nog maar even door ook! En er waren opnieuw 2 rijpe bananen over. Naast bananenbrood, kan je er ook wel bananenmuffins mee maken, dacht ik zo bij mezelf. Na wat afwegen, kwam ik uit bij het volgende recept. 't was lekker!


Dit heb je nodig:

• 2 rijpe bananen
• 2 eieren
• 2 eetlepels melk
• 125 g zelfrijzende bloem
• 100 g boter
• 75 g bruine suiker
• 1 reepje chocolade (ongeveer 30 g)

Zo ga je te werk:
Verwarm de oven voor op 200° C. Plet de bananen in een kommetje en zet apart. Schilfer ook alvast de reep chocolade en zet ook opzij. Doe dan de eieren en de suiker in een mengkom en klop goed schuimend. Voeg er daarna de zachte/gesmolten boter aan toe, klop opnieuw en voeg daarna de bloem en de melk toe en klop tot een luchtig deeg. Meng er ten slotte de geplette banaan onder en de chocoladeschilfertjes.

Vul de muffinvormpjes met het deeg en zet ze 15 à 20 minuten in de hete oven.

Check op tijd eens met een stokje of ze nog niet voldoende gaar zijn. Laat even afkoelen en geniet!

Kerstdessertenbuffet

De kookaangelegenheden op kerstdag worden bij ons in de familie altijd verdeeld. Zoals bijna ieder jaar kwam mijn naam opnieuw bij het dessert te staan. Ik vind het altijd heel moeilijk om 1 dessertje te kiezen dat bij iedereen in de smaak zal vallen, daarom ging ik ook dit jaar voor een buffetje. Ik koos 3 betrouwbaar ogende recepten uit en volgende deze zo goed mogelijk. Dit zijn ze:


Dessert 1: Old fashioned chocolate cake (Nigella)


Voor het deeg gebruikte ik zelfrijzende bloem in plaats van gewone bloem met bakpoeder en bicarbonaat. Hierdoor rijzen de 2 taartdelen misschien iets minder, maar goed, het lukt ook! Voor het glazuur heb ik ook geen 'golden syrup' toegevoegd, dat hadden we niet in huis en ik had ook geen idee waar ik dit zou moeten halen. Dit zou dan zo weer 1 van die potjes worden die je 1 keer gebruikt en daar dan staan plaats in de nemen... En daar doen we niet aan mee! :) Hierdoor is "the icing on the cake" wel minder glanzend dan bij Nigella. 

Kijk zeker ook nog eens naar het filmpje van de versie van Nigella herself.


Dessert 2: Mascarpone met speculaas (Njam)


Dit receptje vond ik op de site van de nieuwe kookzender Njam! Geen idee of het van dé Roger van Damme is, maar het was best lekker. Ik gebruikte wel iets meer speculoos en voegde nog wat vanille essence toe aan het beslag et voilà, eens iets anders dan tiramisu. 

Tip: Voeg het laatste laagje gemalen speculoos pas toe vlak voor het serveren, zo blijft het krokant!


Dessert 3: Tarte tatin (Piet)


Van dit recept was ik toch het minst tevreden, sorry Piet. Ik heb me nochtans volledig aan het recept vanop Zesta.be gehouden... De taart was gewoon te vochtig. Bij het omkeren liep al het overtollige suikerbotermengsel er al gewoon af. Nadat de taart was afgekoeld, viel het dan uiteindelijk nog mee, maar goed, ik zou toch opteren voor een beetje minder boter & suiker dan bij bovenstaand recept. Volgende keer probeer ik het misschien ook eens zo.

Tip: Serveer zoals ik met een bolletje vanille-ijs. Zo is er meteen ook een 4de dessertoptie, favoriet bij de allerkleinsten.

Aardappelgratin met ricotta

Gratin dauphinois is zo lekker dat ik me er ziek zou in eten. En daar zou ik niet eens zo veel moeite voor moeten doen, want naast lekker is de traditionele aardappelgratin zwaar oh zo zwaar. Vandaar dat ik eens iets lichters wou proberen. Er stond nog een potje ricotta in de koelkast, dus probeerde ik daar iets mee. Ricotta is redelijk vetarm en heeft toch een lekkere, volle smaak. Misschien een goeie last minute kerstmenutip? Ik heb dit jaar opnieuw dessertduty op kerstdag, dus binnenkort ook meer hierover!


Dit heb je nodig voor 4 personen:

• 500 g aardappelen, geschild
• 150 g ricotta
• 1 eetlepel vers geraspte Parmezaanse kaas
• Vers gemalen nootmuskaat
• Zout van de molen
• Olijfolie

Zo maak je het:
Verwarm eerst de oven voor op 200° C. Snijd dan de aardappelen in zo dun mogelijke schijfjes en wanneer ik 'dun' zeg, bedoel ik echt wel millimeterwerk. Een keukenrobot of mandoline (tip voor onder de kerstboom?!) kan je hier vast bij helpen. Neem dan een kleine ovenschotel en wrijf een scheut olijfolie open op de bodem. Leg hier een 1ste laag aardappelschijfjes (1/4) op, kruid met zout en vers gemalen nootmuskaat. Smeer er 1/3 van de ricotta over. Herhaal dit nog 2 keer. Bedek met het laatste kwartje aardappelschijfjes en kruid opnieuw. Strooi er de Parmezaanse kaas over en 'drizzle' er nog een scheutje olijfolie over.

Zet een half uur in de oven. Schakel dan de oven uit en laat de schotel er nog 5 à 10 minuten in rusten. Serveer!

Tip: Meng een klein geperst teentje look onder de ricotta voor extra smaak!   

Lasagna met curry

Het is ondertussen al een tijdje geleden, maar eind oktober was ik met enkele vriendinnen een weekendje in Valencia, een echte aanrader trouwens. Aangezien de helft van het reisgezelschap geen vlees at, hebben we toch ook eens een vegetarisch restaurantje gedaan. Het werd warm aanbevolen in onze reisgids: La TastaOlletes. Wat de naam betekent, weten we nog steeds niet, maar het was er ongelooflijk lekker. Vergeet wel niet te reserveren in het weekend, het kan er best druk zijn! Ik at een vegan lasagna met bloemkool, pompoen, wortel en curry, geserveerd met een lekker slaatje. Dat moest ik beslist thuis ook eens proberen.

Dit werd echter helaas zo één van die gerechtjes waarvan ik eerlijk durf toe te geven dat ze een mislukte poging achter de rug hebben... Hierbij het bewijs. Dat was toch niet echt wat het moest zijn...

Het was niet slecht van smaak, maar toch ook niet geweldig. Ik had geprobeerd om deze lasagne ook volledig vegan te maken, zoals in La TastaOlletes, maar in al mijn enthousiasme gebruikte te veel vegan "bechamelsaus" (op basis van sojamelk, sojaroom en maïszetmeel), met een te vochtige boel als resultaat. Voor mijn 2de poging liet ik die saus achterwege en ging voor een witte saus op basis van melk en groentenbouillon. De bloemkool kookte ik dit keer apart gaar, terwijl ik de pompoen en wortel dan weer stoofde. Er ging ook een klein handje kaas en sesamzaadjes over. Het resultaat was super! Mijn 3de poging zal zeker nog eens vegan zijn, maar dan met veel minder saus zonder curry erin, deze ging deze keer bij de groenten.


Dit heb je nodig voor 3 à 4 porties:

• 1/2 bloemkool (500 g), in kleine roosjes
• 2 grote wortelen (200 g), in schijfjes
• 300 g pompoen, in blokjes
• 2 sjalotten, fijngehakt
• 1 handvol rozijnen
• 1 klein handvol sesamzaadjes
• 1 handvol geraspte kaas
• Ongeveer 9 lasagnablaadjes, afhankelijk van je ovenschotel
• 1 groentenbouillonblokje
• 1 koffielepel currypoeder
• 1 koffielepel paprikapoeder (the good stuff, Pimenton Dulce vanop de Mercado Central in Valencia)
• 1 eetlepel basilicumpasta of een handvol verse blaadjes
• 50 g boter
• 50 g (vloeiende) bloem
• 250 ml melk
• 1/2 koffielepel nootmuskaat
• Olijfolie
• Peper & zout van de molen

Zo maak je het:

Kook de bloemkoolroosjes een kleine 10 minuten gaar in 1,5 liter water met het bouillonblokje. Giet af en zet opzij, maar vang nog 250 ml kookvocht op voor de saus. Zet ondertussen een antikleefpan of -wok op een middelmatig vuur met een flinke scheut olijfolie. Stoof er eerst de sjalotjes in aan en voeg vervolgens de wortelschijfjes toe. Laat ongeveer een kwartiertje stoven en voeg de laatste 5 minuten ook de pompoenblokjes toe. Kruid met curry, paprikapoeder, peper & zout en basilicum(pasta). Zet opzij.

Laat dan alvast de oven voorverwarmen op 200° C. Maak vervolgens een redelijk vaste saus met de boter, bloem, melk en het opgevangen kookvocht van de bloemkool (250 ml). Kruid deze af met zout en nootmuskaat. Neem dan een diepe schotel en giet er een ketel kokend water in. Laat hierin de lasagnavellen al voorzichtig zacht worden, zo worden ze handelbaarder bij het samenstellen van je lasagna.

Stel dan je lasagna samen in een ovenschotel volgens dit schema:

• 1/4 van de saus. 
• 1/3 van de lasagnavellen
• 1/2 van het wortelpompoenmengsel
• 1/2 van de bloemkoolroosjes
• 1/4 van de saus
• 1/3 van de lasagnavellen
• 1/2 van het wortelpompoenmengsel
• 1/2 van de bloemkoolroosjes
• 1/4 van de saus
• 1 handje rozijnen
• 1/3 van de lasagnavellen
• 1/4 van de saus
• 1 handje geraspte kaas
• 1 handje sesamzaadjes 

Plaats dan de lasagna gedurende 30 minuten in de oven en zet eventueel de grill aan tijdens de laatste 5 minuutjes. 

Laat eventjes rusten en tast toe. Serveer eventueel met een slaatje en balsamicocrème!

Bloemkoolsoep met courgette en basilicum

Mijn vorige bloemkoolsoep is zo goed meegevallen, dat ik besloot om nog wat verder te experimenteren. Dit keer voegde ik een courgette en basilicum toen. Geen verse basilicum, want die plantjes uit de supermarkt overleven in de winter niet lang bij mij... Ik gebruikte een soort pasta op basis van olie en verse basilicum (Makro). Erg handig in deze winterse tijden, alleen is het een vrij grote pot, Makro nietwaar. Er volgen dus vast nog een paar andere basilicumreceptjes!


Dit heb je nodig voor 5 à 6 porties:

• 1/2 bloemkool
• 1 kleine courgette
• 1 grote ui
• 2 groentenbouillonblokjes
• 2 eetlepels basilicum op olie (of 1/2 plantje verse)
• Olijfolie
• Peper & zout van de molen

Zo maak je het:
Was de groenten. Snijd de ui en de courgette grof en de bloemkool in kleine roosjes. Zet een grote soepkom op een middelmatig vuur met een flinke scheut olijfolie. Stoof de ui aan, maar laat niet bruinen, voeg daarna ook de courgette en bloemkool toe en laat nog enkele minuten goed stoven. 

Voeg daarna de bouillonblokjes toe en ongeveer 2 liter water. Laat 30 à 40 minuten doorkoken en voeg op het einde de basilicumpasta toe. Neem dan de kom van het vuur en haal je staafmixer maar boven. Of gebruik een blender, as you wish! Mix de soep glad en kruid nog wat bij met peper & zout, naar smaak. De soep is echt lekker smeuïg en voor mij hoeft er echt niets extra bij. Je kan er natuurlijk altijd een scheutje room of een schepje ricotta of mascarpone aan toevoegen voor een extra rijke soep!

Preitaart

Het is hoog tijd om nog eens een veggie meaty aanpasbaar gerechtje te posten. Dat is hier thuis nu eens Dagelijkse Kost, zonder Jeroen welteverstaan. Een groententaart is hier de perfecte basis voor. Je kan perfect een meaty kant en een veggie kant creëren door een soort van scheiding te maken met een restje deeg, dat allemaal in 1 schotel. Als dat niet afwasvriendelijk is! Ik koos voor prei en kerstomaten als basisingrediënten, al zijn de kerstomaten nu niet zo lekker als in de zomer. Je kan ze in de winter bijvoorbeeld ook vervangen door de zongedroogde variant (op olie). Verder nog Parmezaanse kaas en wat kappertjes voor mij. De V.V. kreeg mini gehaktballetjes en was lovend.


Dit heb je nodig voor een halve veggie en halve meaty taart:

• 1 rol kant-en-klaar bladerdeeg
• 3 eitjes
• 1 dl light room (7% vetgehalte)
• 1 flinke stengel prei, in (halve) ringetjes
• 15-tal kerstomaten, in kwartjes
• 2 handjesvol Parmezaanse kaas in dunne plakjes
• 2 eetlepels pesto (ik gebruikte rode)
• 2 eetlepels kappertjes
• 150 g gemengd gehakt, gekruid, in kleine balletjes
• Enkele blaadjes basilicum
• Olijfolie
• Peper & zout van de molen

Zo maak je de taart:
Zet een antikleefpan op een middelmatig vuur en stoof de preiringetjes in wat olijfolie. Zet opzij en laat even afkoelen. Verwarm intussen de oven voor op 200° C. Rol het bladerdeegje uit en pas het samen met het bakpapiertje in een ovenschotel. Snijd de rand van het deeg en bijhorend papier bij. Prik enkel gaatjes in het deeg en smeer de pesto over de bodem.  

Kluts dan de eieren los, samen met de room. Kruid met peper en zout en meng er de prei en kerstomaten onder. Giet dit in het bladerdeeg. Aan 1 kant verspreid je de kappertjes en aan de andere kant de vleesballetjes. Bedek met de basilicumblaadjes en de Parmezaanse plakje. Maak ten slotte een verdeling met een restje bladerdeeg zodat de balletjes en kappertjes op hun plaats blijven liggen. Welke kant vind jij de aantrekkelijkste?   

Zet de taart ongeveer 25 minuten in de voorverwarmde oven. Haal de schotel er daarna uit en laat eventjes rusten.

Serveer met wat veldsla, met balsamico en olijfolie.

Wraps alla Parmigiana

Melanzane alla Parmigiana, I love it... Maar helaas was er geen tijd om de hele ovenschotel klaar te maken zoals het moest. Er waren wel nog wraps in de voorraadkast et voilà, een snelle lunch alla Parmigiana was een feit. Wraps of tortilla's zijn dan wel niet typisch Italiaans, het is zeker geen slecht alternatief voor de traditionele Italiaanse "wraps": piadine of piade, uit Emilia-Romagna. Erg vind ik dat niet, de échte piade maken ze namelijk met reuzel... Need I say more... 

Voor 1 persoon heb je genoeg aan 1/2 aubergine, maar ik grilde meteen een hele. De overgebleven plakjes waren superlekker koud in mijn lunchpakket. Een broodje met wat Philadelphia Light, een veegje rode pesto en een plakje aubergine, geweldig toch?

Dit heb je nodig voor 2 wraps (1 persoon):

• 1/2 aubergine
• Een overschotje tomatensaus
• Een handjevol parmezaanschilfers
• 1/2 bolletje mozzarella
• 2 wraps / piadine
• Olijfolie
• Peper & zout van de molen

Zo maak je het:
Was de aubergine en snijd overlangs in plakken van een kleine cm. Bestrooi ze flink met (grof) zout langs beide kanten. Zet intussen een (grill)pan op een hoog vuur. Dep zoveel mogelijk zout en vocht van de aubergineplakken met keukenpapier. Doe een royale hoeveelheid olijfolie in de pan en bak de plakken enkele minuten aan elke kant. Voeg indien nodig nog wat olijfolie toe bij het omdraaien. Laat daarna even uitlekken op keukenpapier en kruid daarna eventueel met zwarte peper van de molen.

Verwarm alvast de oven voor op 200° C en snijd de mozzarella in plakjes. Leg een 3-tal plakken aubergine op een wrap, bedek met evenveel plakjes mozzarella en een paar eetlepels tomatensaus. Eindig met de parmezaanschilfers en plooi de wrap dicht. Steek er 2 (houten!) tandenstokertjes in zodat de wrap gesloten blijft. Doe hetzelfde met de 2de wrap en leg ze op een bakplaat. Zet de warps ongeveer een kwartiertje in de oven. Serveer eventueel met een rucolaslaatje.

Tip: Snijd elke wrap in een 6-tal rolletjes, steek er een prikkertje door en je hebt ook een lekker hapje!

Yoghurtdessertje met speculoos en appel

Sneeuw, vriestemperaturen... Het ideale moment om een avondje gezellig thuis te blijven en een dessert te maken. Eigenlijk ben ik niet echt een "dessertjesmadame". Geef mij maar the real deal, gewoon goed, lekker eten. Voor een dessert is er dan meestal niet veel plaats meer over en vaak eet ik het dan toch, uit nieuwsgierigheid, uit beleefdheid of onder zachte dwang... Maar dan valt dat oh zo zwaar op de maag en neem ik me weer voor om nooit meer dessert te eten. 


Daarom koos ik voor magere yoghurt als basis van mijn dessertprobeersel, licht en lekker. Ik gebruikte wel een beetje room (35% vetgehalte) om er toch wat meer smeuïgheid in te brengen. Ik koos ook voor appel en speculoos, want jawel, die goede man met zijn rode cape (niet superman) komt binnen enkele dagen weer door onze schoorsteen naar binnen met hopelijk veel lekkers waaronder speculoos. Het dessertje was superlekker en lag zeker niet zwaar op de maag, misschien moet ik er maar een patent op nemen! En het was nog snel klaar ook. Nog wat yoghurt over? Probeer dan zeker deze stracciatella yoghurtcake. 

Dit heb je nodig voor 4 porties (en een proevertje):

• 1 flesje room (250 ml, 35% vetgehalte)
• 4 à 5 eetlepels bloemsuiker
• 1 vanillestokje
• 4 potjes magere yoghurt (4 x 125 g)
• 1 grote appel (jonagold)
• 4 grote sinterklaasspeculozen (kleine 100 g)
• 1 klontje boter

Zo maak je het:
Schil de appel, verwijder het klokhuis en snijd in kleine blokjes. Stoof deze enkele minuten in een klontje boter. Zet opzij en laat afkoelen. Doe de room in een mengbeker en voeg de bloemsuiker toe. Neem dan het vanillestokje, snijd het middendoor en haal de "zwarte puntjes" eruit en voeg ze toe aan de room. Klop dit mengsel op, maar niet te stijf zoals slagroom. Voeg er dan de yoghurt bij en meng geleidelijk met een spatel.

Doe dan de speculoos in een keukenrobot of vijzel en maak fijn. Neem dan 4 (5) glazen en verdeel de appelstukjes op de bodem. Doe er per glas ook een lepel gemalen speculoos over. Bedek met een flinke laag yoghurtroommengsel en zet een uurtje in de koelkast. Voor je de dessertjes serveert, werk je ze nog af met wat speculoos, zo blijft het lekker krokant. 

Tip: Voor de allerkleinsten kan je misschien een versie maken met mini Prince koeken! Zelfs de grotere kids vinden dit erg lekker. ;) Vergeet de speculoos en appel en verdeel een 5-tal mini Princekoeken lasagnagewijs in een glas met het yoghurtroommengsel.